dinsdag 30 oktober 2012

Najaren van vettig Europa




Ik doe het loopje van de dood na.

Vanaf de canapé zie ik het grofvuil met mijn
leesstrategieën vertrekken.
Ik zwaai niet.

De ochtend is een verslinder, zeker,
maar zo tergend traag.
Ik doe het loopje van de ochtend na.
Ik zak weg. Ik loer.

Vanaf de canapé zie ik het grofvuil de straat inrijden
en mijn leesstrategieën, verregend, haast onherkenbaar,
op de stoep terugzetten.

maandag 15 oktober 2012

Najaren van vettig Europa




Mijn walging dreigt het te winnen van mijn medelijden. 
De tennisvelden zijn uitgewist door sneeuw
en de lucht is zo koud dat ik geloof helder te kunnen denken
over mijn baan bijvoorbeeld, of over mijn vrienden,
de manier waarop ik mijn vrije tijd doorbreng.
Op de afgesproken plaats ontmoet ik de uil
die het symbool is van mijn vrije tijd.
Wij ontmoeten elkaar hier. De uil wil geen pottenkijkers.
Hij is zacht en knikt begripvol, alsof hij slaapt.
Na kort overleg vliegt hij weg over de dode tennisvelden.