Dichter
Het is waar, ik jank niet veel:treinen schieten elke ochtend weg. Mijn ontlasting is niet te brijig,niet te hard.Mijn kaken komen niet tot rust,met tong en lippen zoek ik een idool.Dan eet ik, leunachterover in een roes van kalk,spuug en ga weer slapen.Ik jank niet te lang.Honger, wierook, kutten:glanzende treinen.De ochtend is mijn verslinder.
De ochtend is mijn verslinder.Wie zal mij iets doen?Wie zal mij komen storenmet een wormstekig verhaal over alletroep uit de musea,de depots van het vluchtig gejank?Ik koop mijn eigen tragedie,verder poep ik goed.
Ik koop mijn eigen tragedie(mijn vermogen is gering).Ik wil je bewegingen,je oprispingen.Maar alle dingen worden nieuw.Alles ademt, blaakt, kraait, mijn eetlust eist gehoorzaamheid.
Mijn eetlust eist gehoorzaamheid.Er moeten kinderen komen,geen getreuzel.Ik zal ze hun lichamen leren haten,ik zal ze een schuine mop vertellen.Ik zal ze leren drinken.Dan maak ik plaats voor de ochtenden zullen ze boeten.
Ze zullen boeten.Ze zullen hun geilheid metpluche leren bekleden.Hun lendenen zullen branden bij de gedachte aande krach.Even zullen ze janken,op gezette tijden voor het oog van de naald.Maar hun kaken zullen niet rusten,ze zullen gehoorzamen aan hun eetlust.De ochtend zal hun verslinder zijn.
Het is waar, ik jank niet veel:
BeantwoordenVerwijderentreinen schieten elke ochtend
weg. Mijn ontlasting is niet te brijig,
niet te hard.
Mijn kaken komen niet tot rust,
met tong en lippen zoek ik een idool.
Dan eet ik, leun
achterover in een roes van kalk,
spuug en ga weer slapen.
Ik jank niet te lang.
Honger, wierook, kutten:
glanzende treinen.
De ochtend is mijn verslinder.
De ochtend is mijn verslinder.
BeantwoordenVerwijderenWie zal mij iets doen?
Wie zal mij komen storen
met een wormstekig verhaal over alle
troep uit de musea,
de depots van het vluchtig gejank?
Ik koop mijn eigen tragedie,
verder poep ik goed.
Ik koop mijn eigen tragedie
BeantwoordenVerwijderen(mijn vermogen is gering).
Ik wil je bewegingen,
je oprispingen.
Maar alle dingen worden nieuw.
Alles ademt, blaakt, kraait,
mijn eetlust eist gehoorzaamheid.
Mijn eetlust eist gehoorzaamheid.
BeantwoordenVerwijderenEr moeten kinderen komen,
geen getreuzel.
Ik zal ze hun lichamen leren haten,
ik zal ze een schuine mop vertellen.
Ik zal ze leren drinken.
Dan maak ik plaats voor de ochtend
en zullen ze boeten.
Ze zullen boeten.
BeantwoordenVerwijderenZe zullen hun geilheid met
pluche leren bekleden.
Hun lendenen zullen branden bij de gedachte aan
de krach.
Even zullen ze janken,
op gezette tijden voor het oog van de naald.
Maar hun kaken zullen niet rusten,
ze zullen gehoorzamen aan hun eetlust.
De ochtend zal hun verslinder zijn.