dinsdag 29 maart 2011

Opvallend vroege recensie van mijn verzamelde essays

In het onlangs verschenen, vuistdikke boek
Katloze Zakken
zet Maarten van der Graaff zijn wereldbeeld
definitief uiteen.
En dat is geen pretje.
Dat is verre van prettig,
en het duurt ruim negenhonderd pagina's.



Wie zich een weg weet te banen
door het essay waarin de auteur
op zoek gaat naar de representatie van het werk van
Andy Warhol in de populaire cultuur,
kan zich vervolgens laven
aan verslagen van dagelijkse beslommeringen,
alles opgedist met een salonfähige ironie.
Neem bijvoorbeeld het essay:
'Trimsalons en andere spirituele plaatsen',
waarin over de uitbater van de salon wordt gezegd:
'gezien zijn voorkeur voor ingezeepte
poedels en flamboyant gekamde collies
moest deze veertigplusser wel een sober,
authentiek mens zijn'.



Hoe heeft de veelbelovende dichter van ooit
zijn leven zo kunnen vergooien?



In de inleiding stelt van der Graaff:
'wie sluw genoeg is om net iets
minder lui te zijn dan de rest,
gaat de boeken in als een genie.'



Dit is wellicht de enige hoop
voor dit nauwelijks verkochte werk.
Alleen al vanwege de onleesbaarheid
is Katloze Zakken
gedoemd een onbetwistbare klassieker te worden.














Geen opmerkingen:

Een reactie posten